Ko Kut
Ko Kut (uitspraak: koo koed), ook wel gespeld als Ko Kood of Koh Kood, is het eiland dat het meest dichtbij buurland Cambodja ligt. Het is met een lengte van 25 km en een breedte van 12 km het op drie na grootste eiland van Thailand. Dit eiland is nog grotendeels ongerept en nog niet aangetast door de commercie. Ko Kut staat bekend om zijn hagelwitte stranden en helder turqoise-blauwe water. Het eiland is bedekt met tropische jungle en de meeste stranden liggen aan de westkust. Populaire stranden op Ko Kut zijn Taphao Beach, Khlong Chao Beach, Khlong Hin Beach en Phrao Beach.
De belangrijkste bron van bestaan voor de eilandbewoners zijn de visvangst en de kokospalm- en rubberboomplantages. Er wonen veel afstammelingen van de Khmer, die begin 20e eeuw de Franse overheersers van Cambodja ontvluchten en zich hier vestigden.
In het binnenland zijn enkele watervallen. De Nam Tok Khlong Chao (nam tok = waterval), ter hoogte van Ao Khlong Chao, is de bekendste en trekt dagjesmensen van Ko Chang en Ko Mak. Het water stort in drie etappes in een helder meertje waar je heerlijk kunt zwemmen. Wanneer je 's ochtends gaat, vermijd je de groepen dagjesmensen. Voorbij de waterval leidt een pad verder het oerwoud in tot aan een rubberplantage, enkele kilometers verderop. In totaal (heen en terug) is het een wandeling van zo'n 4 uur, waarbij je wel uit moet kijken voor slangen, met name cobra's.
Verwacht op Ko Kut geen luxe of bruisend nachtleven; als je daarnaar op zoek bent, kan je beter een andere bestemming kiezen. Maar als je van een authentieke en relaxte sfeer houdt, is Ko Kut een prima bestemming. Reizigers die actief bezig willen zijn kunnen kajakken, snorkelen, duiken, mountainbiken en vissen met de lokale vissers.
Het weinig toegankelijke Ko Kut was voorheen bijna geheel voorbehouden aan georganiseerde groepsreizigers, maar dankzij de verbeterde bootverbindingen beginnen ook steeds meer onafhankelijke reizigers het eiland te ontdekken. Er zijn nu geregelde veerdiensten met het vasteland en met Ko Chang en Ko Mak. Ko Kut blijft echter vooral een mooiweer-bestemming, want van juni tot oktober varen er door het ruwe weer nauwelijks boten. Een deel van de accommodatie blijft open, vaak tegen aantrekkelijke kortingen, voor wie zich niet laat afschrikken door mogelijke regen en de grote rust.